Tijd bestaat voor mij uit gisteren, vandaag en morgen. Maar
is dat werkelijk zo? Strikt genomen is gisteren slechts een herinnering die in
mijn gedachten leeft. En kan morgen ook niet anders dan een gedachte zijn, want
morgen moet nog komen. Dus als ik direct naar de psychologische tijd in mezelf
kijk, zie ik dat zowel gisteren als morgen slechts gedachten zijn. Of ik denk
wat er gisteren gebeurd is of ik denk wat er morgen zou kunnen gebeuren. Dus als
ik in gedachten ben verwijder ik mezelf van de werkelijkheid van vandaag. Juist
die verwijdering schept tijd. Want vandaag is geen gedachte , maar de
werkelijkheid en die is tijdloos, op dat moment is er geen gedachte. Dus
eigenlijk is vandaag alles wat er is. Want een gedachte die over gisteren of
morgen gaat kan alleen vandaag voorkomen. Alles gebeurt vandaag, nu, van moment
tot moment . Door mijn denken, die voortdurend tijd creeert, verwijder ik mezelf
van het huidige moment. En de vraag is nu : waarom doe ik dat?